Ondanks mijn anosmie (Niet hebben van reukzin) en ageusie (Niet hebben van smaakzin) heb ik grote liefde voor eten en koken. Niet kunnen proeven en ruiken heeft er zelfs voor gezorgd dat ik er misschien nog wel meer van geniet. Koken gaat me in ieder geval steeds beter af en ik ben echt heel goed in opeten.
De focus leg ik nu meer op structuur, beleving van de ingrediënten en hoe het geheel eruit ziet. Letterlijk ook ‘eten met je ogen’ dus.

 

Goeie ouwe tijd

Na verloop van tijd, verlies je ook de herinnering van smaken. Zo weet ik niet meer hoe iets smaakt, zelfs al at en eet ik het iedere dag.
Herinnering aan structuur blijft echter wel, omdat dat nog steeds beleefd wordt. Zo word ik nog steeds niet gelukkig van spruitjes, puur gebaseerd op structuur.

Wel merk ik steeds meer welke ingrediënten of producten er in een gerecht zitten. Door het gebrek aan smaak- en geurbeleving, word je gevoel in je mond versterkt. Ter compensatie.
Dit zorgt voor een geheel nieuwe beleving van eten. Erg interessant vind ik dit.
Af en toe, durf ik het zelfs aan om een gerechten uit restaurants thuis na te maken. Soms ook niet …Soms vergeet ik gewoon wat hartig is. Lekker logisch, niet?

Mijn vrouw is hier het meest de dupe van, van mijn anosmie. Ik kan niet weten of een product nog goed is of niet.

Ook moet ze regelmatig mijn ‘creatieve’ combinaties aanzien. Vooral bij pannenkoeken ript ze regelmatig. Maar ach, er is toch niets geks aan een pannenkoek met kaas, spek, stroop, suiker, sambal, pesto en een lekker tomaatje? Een schepje pindakaas erbij is wel echt de kers op de taart ?

Wat wij altijd doen om het eten leuk te maken, is dat we nooit hetzelfde als elkaar bestellen in een restaurant. Of we bestellen meerdere kleine gerechten. Zo heb ik, en jussi ook overigens, meer te proberen en beleef ik meer verschillende structuren.

Zo zie je maar, ook zonder smaak kun je heel makkelijk van eten genieten.